Castellet

Het eerste ideale ontwerp kwam van Pietro Cataneo (1481 - 1536), een Italiaanse renaissance-architect, militair ingenieur en wiskundige die ook de architectuur grondig bestudeerde.

Het fort werd uiteindelijk gebouwd door de Nederlander Henrik Ruse (1624 - 1679), die onder meer ook de Duitse vesting Harburg had gebouwd. De Kopenhagenaars bouwden hun fort op de plaats waar hun koning Christian IV eerder, in 1625, een redoute had opgericht bij de ingang van de haven. Dit was vanaf 1658 strategisch veel belangrijker geworden door het verlies van land door de Denen ten oosten van de Öresund, en een vesting was nu nodig.

Na de eerste uitbreiding in 1667 werd het verschillende keren verbouwd. Vanaf 1892 liet de stad Kopenhagen een spoorlijn en een weg door het fort aanleggen. De meest recente verbouwingen dateren uit de jaren na 1945.

Plattegrond van het fort van Kopenhagen

Het fort heeft een vijfhoekige, bijna volledig regelmatige vorm. Er zijn vijf bastions in een systeem van grachten:

• Kongens Bastion
• Prinsens Bastion
• Dronningens Bastion
• Prinsessen Bastion
• Grevens Bastion

Voor de bastions liggen wallen (zogenaamde ravelijnen). Daarvóór liggen contrareguards, d.w.z. lagere wallen ter bescherming van de ravelijnen en bastions. De toegang tot de vesting is via de twee poorten Kongeporten en Norgesporten. De Kongeporten poort, ook wel Sjaellandsporten genoemd, bevat een buste van Frederik III gemaakt door François Dusart. De Norgesporten (Noorse Poort) werd gebouwd door Lambert van Haven. I

n het Kastellet bevindt zich de Kommandantbolig (huis van de commandant), gebouwd in 1725 door Elias David Häusser, evenals een rechthoekige kerk, een gevangenis en symmetrisch gerangschikte magazijnen en kazernes. Direct op Kongens Bastion werd een windmolen gebouwd.